Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], [53]Jakob [54]vlood toch [naar] het veld van Syrie, en Israel [55]diende om een vrouw, en hoedde om een vrouw. 53. Hier wordt hun wederom voor ogen gesteld de sobere en kommerlijke toestand van hun voorvader Jakob, om te tonen wat van hen allen zou geworden zijn, indien niet God zulks alles door zijn bijzondere genade ten beste gewend, en bij hen gedaan had gelijk volgt. Vergelijk Deut.26:5, enz. met de aantekening aldaar. 54. Voor zijn broeders Ezau; zie Gen.27:42,43, en Gen.28:5, enz. Dit schijnt de eenvoudigste overzetting en zin dezer woorden te zijn. Veld, dat is land, gelijk Obad.:19. 55. Jakob diende Laban om Lea en Rachel.